De MIVB heeft de ambitie om tegen 2035 haar volledige busvloot te elektrificeren. Naast het vervangen van de voertuigen heeft dit project ook een grote impact op de infrastructuur van de busremises. Na de elektrificatie van de stelplaats Marly, zijn nu de stelplaatsen Jacques Brel en Kleine Eiland aan de beurt voor transformaties. De werken in de stelplaats Brel starten in de eerste helft van 2026, terwijl die in Kleine Eiland gepland zijn voor 2027. Een van de grootste uitdagingen van het project Brel is het operationeel houden van de site tijdens de hele duur van de werken. Slechts 20 bussen kunnen tegelijk tijdelijk worden verplaatst, wat onvermijdelijk invloed heeft op het verloop van het project.
Een complex project met een groot elektrisch vermogen
De stelplaats, gelegen op de grens van Anderlecht en Molenbeek, beslaat 50.000 m² en biedt plaats aan 169 bussen, waaronder 11 gelede exemplaren. De elektrificatie van de site vereist niet alleen een complexe elektrische distributie, maar ook een zeer hoog elektrisch vermogen van 16 MVA, nodig voor het opladen van bussen met batterijen van 450 kWh. Hiervoor worden 74 laders van 180 kW en twee laders van 450 kW geïnstalleerd. De stroomvoorziening komt van het hoogspanningsnet van de MIVB en zal worden gestuurd via een intelligent energiebeheersysteem, aangepast aan de vraag. Twee onderstations worden gebouwd, elk met vier droge transformatoren van 2 MVA. Om de stroom tot aan de laadkappen op elk parkeerperceel te brengen, worden verbindingsportieken geplaatst. De stroomdistributie gebeurt met dikke kabels, wat een belangrijke uitdaging vormt op het vlak van plaatsing, ruimtebeslag en gewicht. Deze oplossing werd gekozen na analyse van verschillende scenario’s, om optimaal aan de projectvereisten te voldoen. Er werd bijzondere aandacht besteed aan de bevestigingsonderdelen van de laadkappen. Op vraag van de bouwheer ontwikkelden de experts in staalstructuren van het bureau een op maat gemaakt onderdeel voor meer flexibiliteit: de hoek van de laadkappen kan worden aangepast, net als hun positie in de hoogte en de breedte.
Behoud van bestaande structuren
De meerderheid van de bussen staat onder luifels. Deze structuren, bestaande uit metalen kolommen met een dak uit golfplaten en polycarbonaatpanelen, zorgen voor comfort voor de gebruikers van de site bij elk weertype en beschermen de apparatuur onder de luifel. Tijdens de studiefase stelde bureau greisch voor om de bestaande structuren te behouden en te verhogen om plaats te maken voor de laadsystemen voor de bussen. Deze hergebruikstrategie vermijdt de uitstoot van 150.000 ton equivalent CO₂ – het equivalent van 470.000 km afgelegd met een dieselbus (raming op basis van de TOTEM-software).
De verhoging van de luifels gebeurt in meerdere fasen. Eerst worden de polycarbonaatpanelen verwijderd, vervolgens worden de bovenste masten doorgezaagd om de kolommen te verhogen. Daarna wordt de volledige overspanning losgeschroefd – het centrale buisprofiel bij de kolom en de gordingen aan het uitzettingsvoeg – en opnieuw gemonteerd op verhoogde hoogte. Daarna kan de onderstructuur met de laadkappen worden toegevoegd. De bestaande kolommen, die oorspronkelijk overgedimensioneerd waren, kunnen hergebruikt worden zonder aanpassingen. Om de stabiliteit van de uiteindelijke structuur te garanderen, werden berekeningen en simulaties uitgevoerd met de software FineLg, ontwikkeld door bureau greisch in samenwerking met de ULg, en die dit jaar zijn 50e verjaardag viert.
Verhoogde veiligheid op de site
Elektrische voertuigen vereisen een verhoogde brandveiligheid. Door de waaieropstelling van de bussen op de site kan een brand zich snel verspreiden. Om dit risico in te perken, wordt het hydrantennet volledig aangepast zodat er om de 100 meter een brandkraan beschikbaar is. Brandwerende wanden zullen de stelplaats opsplitsen in clusters van ongeveer twintig bussen, wat de veiligheid aanzienlijk verhoogt. Een bijkomende uitdaging is de gemengde configuratie van de site: onder de busstelplaats bevinden zich metrostelplaatsen. Daardoor is het niet mogelijk om funderingen voor de brandwanden te voorzien. De brandwerende wanden, opgebouwd uit een dragende staalstructuur en cellenbetonpanelen (brandresistent), zullen zonder fundering worden geplaatst. Ze steken één meter boven de bussen uit en vormen daardoor een belangrijke windbelasting. Ze worden daarom gestabiliseerd met een systeem van tegengewichten.
Het veiligheidsgevoel wordt ook versterkt door aangepaste verlichting. Aangezien de stelplaats een werkzone is en geen gewone parking, is een hoger verlichtingsniveau vereist. De volledige verlichting wordt herbekeken: er komen 130 extra lichtmasten. Een intelligent beheersysteem zorgt voor maximale flexibiliteit.
- Opdrachtgever : MIVB
- Architect : Canevas
- Studiebureau : Bureau greisch (Speciale technieken, Stabiliteit, Staalstructuren)